Chat met ons

Bestuursakkoord 2022/2026 - Hoofdstuk 4

Betaalbare woningen bouwen in sterke samenhang met verduurzaming, groen en bereikbaarheid.

4.1 Wonen

De aantrekkingskracht van Eindhoven zorgt ervoor dat een groeiende groep mensen op zoek is naar een woning in een fijne, leefbare wijk. Voor veel mensen is betaalbaar wonen onbereikbaar geworden. Er zijn weinig koophuizen beschikbaar, de wachtlijsten voor huurwoningen zijn lang en de doorstroming stagneert. We zien de hijskranen verrijzen in de stad, maar het is nog lang niet genoeg. De woningbouwopgave is groot, urgent en complex. Een flinke versnelling is nodig op alle fronten, waarbij betaalbaarheid, beschikbaarheid en duurzaamheid voorop staan. Wonen is een recht en we zetten vol in op onze volkshuisvesting.

In de komende vier jaar gaan we er alles aan doen om fors woningen toe te voegen in de binnenstad en de wijken, waarbij we aandacht hebben voor studenten, starters, gezinnen, ouderen en mensen met een laag of middeninkomen. Verpleegkundigen, wijkagenten en docenten moeten in de stad kunnen wonen. De gemeente speelt hierin een stevige rol met actief grondbeleid en instrumenten als de zelfbewoningsplicht, opkoopbescherming, anti-speculatie- en kettingbedingen en afspraken met corporaties en ontwikkelaars. We beseffen ook dat de aanpak van de woningbouwopgave een uitdagende opdracht is door grote personeelstekorten in de bouw, stijgende energieprijzen en problemen in de leveringsketen.

We focussen op sociale huur, middeldure huur en goedkope koop. Bouwen in ieder segment is noodzakelijk om de doorstroming te bevorderen. Op de korte termijn dragen we bij aan een oplossing voor de woningcrisis met tijdelijke woningen.

We zijn ervan overtuigd dat deze grote opgave alleen samen op te lossen is. De opgave is bovendien niet alleen van onze stad, maar van de hele regio. Daarom blijven we intensief en langjarig samenwerken met andere gemeenten, woningcorporaties, betrokken projectontwikkelaars en het bedrijfsleven in onze regio. Corporaties zijn onze belangrijkste partners om te zorgen voor goed en betaalbaar wonen voor inwoners die om wat voor reden dan ook een steuntje in de rug nodig hebben. We werken met projectontwikkelaars die structureel verbonden zijn met de bouwopgave in Eindhoven en bereid zijn transparant met ons samen te werken. En we maken afspraken met de grote bedrijven in de regio om bij te dragen aan het oplossen van de woningbouwopgave.

We kijken kritisch naar wat we zelf moeten doen en wat we samen met andere partijen (gebundeld) kunnen oppakken in de aanpak van de woningbouwopgave. Ook initiatieven van mensen zelf gaan we beter ondersteunen. We voorkomen zoveel mogelijk stapeling van beleid en zijn een transparante partner die duidelijke keuzes maakt en daar aan vasthoudt. Op die manier willen we processen versnellen en doen wat het hardst nodig is.

Nieuwbouw doen we niet voor tien, maar minstens honderd jaar. Daarom maken we huizen klaar voor de toekomst. Onze ambitie is om nieuwbouw energieneutraal en zo veel mogelijk circulair en natuurinclusief te bouwen. Bestaande woningen worden in samenwerking met woningcorporaties en huiseigenaren zo snel mogelijk verduurzaamd om zo de CO2 uitstoot te verminderen en de energielasten voor inwoners te verlagen.

We willen meer grip krijgen op de woningmarkt en een stad zijn die betaalbaar en leefbaar is voor alle Eindhovenaren. Onze volkshuisvesting heeft stevige regie nodig, die verder gaat dan plannen maken en zich richt op actie en concrete resultaten.

WOONPROGRAMMA

  • Met het huidige woonprogramma 2021-2025 zetten we in op een gezonde en duurzame verstedelijking, met behoud van stedelijke en dorpse kwaliteiten en met bijzondere aandacht voor sociale cohesie en inclusie. We hebben de ambitie om 12.000 woningen toe te voegen in de stad. In onze aanpak van de woningbouwopgave houden we vast aan het woonprogramma. Het woonprogramma bevat 85% betaalbare woningen, wat staat voor een mix van 30% sociale huur, 15% middenhuur en 40% sociale en middeldure koop. Hiermee creëren we een goede balans tussen betaalbaarheid en dus inclusiviteit van de stad, en de haalbaarheid van de bouwopgave. Exacte invulling op projectniveau is afhankelijk van de bestaande balans in een buurt, van spreiding binnen (nabij gelegen) projecten of binnen een grotere gebiedsontwikkeling.
     

DOORSTROMING

  • Er is op dit moment beperkte doorstroming op de woningmarkt. We zien daarom het belang in van betere doorstroming en we willen daar de komende jaren mee aan de slag. Dat kan op verschillende manieren.
  • We willen dat senioren in hun eigen buurt kunnen blijven, ook als ze toe zijn aan een andere woning. Ze kunnen rekenen op onze hulp. Samen met de corporaties gaan we inzetten op een beter aanbod voor senioren door in alle wijken geschikte woningen te bouwen en bieden we advies en hulp bij het verhuizen. Hiermee stimuleren we gepaste doorstroming die ruimte creëert voor gezinnen.
  • We sluiten aan bij de ontwikkelingen rondom het wetsvoorstel voor wijziging van de Huisvestingswet. Daarin is de mogelijkheid opgenomen om voorrang te geven aan mensen met een economische, maatschappelijke of een lokale binding met de stad. We gaan onderzoeken of het mogelijk is om bij koopwoningen voorrang te geven aan degenen die nu een huurwoning hebben in Eindhoven en aan mensen met beroepen als verpleegkundige, wijkagent en docent.
  • We kijken of we prioritering kunnen geven aan mensen die een woning willen delen met een andere huurder, om daarmee meer woningen beschikbaar te krijgen.
  • We verkennen met de woningcorporaties de ‘woningcarrousel’: Woningcorporaties verkopen ieder jaar een deel van hun voorraad en bouwen daarvoor een groter aantal nieuwe (sociale) huurwoningen terug. Daarbij worden de oudste (goedkoopste) woningen verkocht en als eerste gegund aan de zittende huurders.
     

TIJDELIJKE WONINGBOUW

  • We zetten in op het realiseren van 500-2000 extra tijdelijke en semipermanente (be)woningen in de komende twee jaar. Afhankelijk van de realisatie voeren we dat aantal na twee jaar nog verder op. Dit doen we niet alleen om de acute woningnood op te vangen, maar ook om tijd te winnen zodat we bij de bouw van permanente woningen geen concessies hoeven te doen om kwalitatief goede en duurzame woningen te bouwen.
  • De mogelijkheden voor wisselwoningen worden uitgebreid, zodat ook na scheiding of faillissement snel tijdelijke woonruimte beschikbaar is.

REGIE EN INSTRUMENTEN

  • We zetten alle mogelijke instrumenten in die het Rijk ons biedt om controle te krijgen op de woningmarkt, zoals verhoging en uitbreiding van de zelfbewoningsplicht, opkoopbescherming, anti-speculatie- en kettingbedingen. We onderzoeken de mogelijkheden van een leegstandsboete voor eigenaren van panden die langer dan zes maanden leeg staan. Ook benutten we de juridische mogelijkheden om het WOZ-gebruikersdeel in rekening te brengen bij eigenaren die panden leeg laten staan. Hiermee ontmoedigen we speculatie: het opkopen en leeg laten staan van panden in de verwachting dat deze in de toekomst veel meer waard worden.
  • We reageren snel en goed op meldingen van gevaarlijke woonsituaties en overlast en verstevigen indien nodig onze inzet. Ons team Handhaving werkt daarin samen met het Huurteam Eindhoven.
  • De 30-meter-regel voor kamerverhuur en woningsplitsing blijft van kracht, en wordt eind 2023 geëvalueerd op zowel het effect op de leefbaarheid in de wijken als op het woningaanbod voor de doelgroepen die van deze woonvormen gebruik maken.
  • We zetten de ‘versnellingstafel wonen’ voort. Om daadwerkelijk een versnelling te realiseren en tegelijk regie te behouden, bieden we duidelijkheid aan projectontwikkelaars over onze kaders en hanteren we per gebied flexibiliteit in onze ambities. Aan de vergunning van woningbouwplannen wordt een realisatietermijn gekoppeld, waarbij we ruimte houden om beargumenteerd af te wijken bij omstandigheden die buiten de macht van de initiatiefnemer liggen. We nemen onnodige belemmeringen in de vergunningverlening weg. We kijken kritisch naar wat we zelf moeten doen als gemeente en wat andere partijen kunnen oppakken, zoals bestemmingsplannen maken.
  • Snelheid is belangrijk maar mag niet ten koste gaan van de kwaliteit voor de langere termijn. De aanpak van de woningbouwopgave gaat verder dan wonen alleen. Verduurzaming, vergroening, de mobiliteitstransitie, voorzieningen en het ‘buurtgevoel’ gaan hand in hand met wonen. We bouwen geen losstaande woningen, we bouwen aan wijken. Intern organiseren we bestuurlijke gebiedstafels, om integrale afwegingen en keuzes te maken over gebiedsontwikkelingen en projecten in de stad. Bij grootschalige gebiedsontwikkelingen zorgen we voor een gebiedsvisie die samen met de betrokken partners in het gebied is opgesteld. Daarin maken we afspraken waar we elkaar aan houden.


Verkiezingsprogramma Ouderen Appèl – Hart voor Eindhoven: "Langdurige leegstand van sociale huurwoningen wordt voorkomen."
 

WONINGCORPORATIES

  • We willen voor de toekomst de betaalbaarheid van een woning voor iedere Eindhovenaar in de hele stad borgen. Woningcorporaties krijgen daarom een leidende rol en we willen dat ze alle mogelijkheden benutten om maximaal te bouwen. We zoeken actief naar locaties in onze stad en regio waar corporaties kunnen bouwen en versnellen waar mogelijk het proces om projecten tot uitvoering te laten komen. Naast sociale woningbouw gaan we op zoek naar locaties om middenhuur en goedkope koop te bouwen, met concepten zoals Slimmer Kopen. Op die manier willen we de beschikbare investeringscapaciteit van onze corporaties ook benutten en behouden voor onze regio. Daar staat tegenover dat we van de corporaties verwachten dat ze de afgesproken aantallen woningen daadwerkelijk bouwen en de achterstanden worden ingelopen.
  • Woningcorporaties krijgen voorrang bij gemeentelijke gronduitgifte om woningbouw mogelijk te maken.
  • Om energiearmoede aan te pakken, maken we met de corporaties afspraken over huurprijzen, het isoleren van woningen en het betaalbaar houden van de energierekening.
     

​​​​​​​AFSPRAKEN MET PARTNERS

  • We verbinden ons duurzaam aan een aantal betrokken ontwikkelaars voor grotere ontwikkelingen in de stad, bij voorkeur ondernemers die binding hebben met onze stad. We gaan onderzoeken of we projecten geclusterd kunnen aanbieden, in plaats van als losse (kleine) projecten. Belangrijk uitgangspunt daarbij is volledige transparantie en werken aan vertrouwen in elkaar, waarbij we niet alleen de risico’s delen maar ook de opbrengsten.
  • We stimuleren projecten die voor een buurtgevoel zorgen. We verwachten bijvoorbeeld van projectontwikkelaars dat zij gemeenschappelijke binnen- en buitenruimtes creëren, met name bij hoogbouw.
    Categoriën Woonprogramma
    Categorie Programma Prijspeil (2022)
    Sociale huur 30% tot € 763,47
    Middenhuur 15% laag: € 763,47 tot € 870
    hoog: € 870 tot € 1.000
    Sociale en middeldure koop 40% sociaal: tot € 215.000
    middelduur: € 215.000 - € 370.000*
    Vrije sector 15% > € 370.000 (koop) of > € 1.000 (huur)
  • In de Sociale Brainport Agenda hebben we ook aandacht voor de woningbouwopgave. We maken afspraken met grote bedrijven om bij te dragen aan de onrendabele top van de woningbouw7. Een publiek-privaat fonds voor het financieren van de onrendabele top behoort daarbij tot de mogelijkheid. Ook met onderwijsinstellingen maken we afspraken om zich in te zetten voor het realiseren van studentenwoningen.

7 Zie ook verkiezingsprogramma LPF op hun website, onder ‘Wonen en leefbaarheid’


DOELGROEPEN

  • We zorgen voor meer studentenwoningen. We voeren het studentenconvenant uit en scherpen het aan als het tekort verder oploopt. Ook maken we meer gemixte woonvormen mogelijk, bijvoorbeeld doordat studenten een relatief goedkope kamer kunnen krijgen in een verzorgingsinstelling als ze daar ook vrijwilligerswerk doen. We helpen mensen als ze een lege kamer willen verhuren via de hospitaregeling.
  • We stimuleren woonvormen waarin het voor ouderen mogelijk is om langer zelfstandig te blijven wonen. We onderzoeken hoe we bestaande woningen mee kunnen laten groeien of krimpen met de levensloop, bijvoorbeeld door het creëren van boven- en onderwoningen waar generaties samen kunnen wonen. Daarbij kijken we of we de uitkeringskorting bij kamerverhuur of de kostendelersnorm kunnen beëindigen of compenseren.
  • Samen met de woningbouwcorporaties zetten we in op de realisatie van meer begeleid-wonen projecten, zodat ook mensen met een zorgvraag terecht kunnen in de stad.
  • De grote woonopgave in onze stad kan leiden tot weerstand in onze bestaande wijken. Met inwonersparticipatie willen we daar zo goed mogelijk op anticiperen. In de belangenafweging wordt ook de stem van de toekomstige bewoner meegewogen.
     

LOCATIES

  • We bouwen zoveel mogelijk in de bestaande stad. Rondom het station en in het centrum komen er veel woningen bij, en kiezen we voor een levendige mix van duurzame midden- en hoogbouw. Maar ook buiten het centrum rondom wijkwinkelcentra en HOV-lijnen bouwen en transformeren we, zoals bij het Kastelenplein, Strijp-S, WoensXL en de Kanaalzone. Er wordt additioneel breed naar locaties gekeken voor (tijdelijke) woningbouw, met een open blik, maar binnen de afgesproken kaders. We bouwen geen woningen in de belangrijke groenstructuren.
  • Eindhoven Internationale Knoop XL is een urgente, strategische en grote gebiedsontwikkeling met 8500 woningen die noodzakelijk is voor de doorontwikkeling van onze stad en de Brainport regio. Wij blijven onverkort achter de hoofdafspraken met het Rijk en de provincie staan en willen in dit gebied de komende jaren grote stappen zetten. Dit kunnen we niet alleen. Het partnerschap met de provincie en het Rijk is hierin cruciaal. Om uitvoering te geven aan deze belangrijke ambitie is een gezamenlijke gebiedsentiteit met de provincie noodzakelijk die daadkrachtig kan opereren in een complexe omgeving. Wij vinden het belangrijk dat, in lijn met de adviezen uit de gemeenteraad en het rekenkameronderzoek, het publieke belang en de rol van onze gemeenteraad in de uiteindelijke opzet van de entiteit goed worden geborgd. We kijken hoe ‘winsten’ terug kunnen vloeien in het gebied zodat Knoop XL betaalbaar blijft en van iedereen wordt.
  • Naast grootschalige ontwikkelingen gaan we actief op zoek naar ruimte in de bestaande stad waar kleine ontwikkelingen mogelijk zijn, waarbij we onderzoeken of we deze geclusterd op kunnen pakken. Zo maken we ook met kleine ontwikkelingen een grote beweging. We kijken hierbij nadrukkelijk naar de corporaties. Ook faciliteren we bewonersinitiatieven met collectieve woonvormen in de stad, zoals CPO-projecten, wooncoöperaties, woon-zorgclusters en woongroepen.
  • We versoepelen regels om leegstaande kantoor- en bedrijfspanden te transformeren naar bijvoorbeeld woningen en ateliers. In gebiedsontwikkelingen met hoogbouw zetten we in op een levendige begane grond met een goede mix van o.a. wonen, groen, cultuur, horeca, ateliers, winkels en nachtleven, maar ook basisvoorzieningen zoals huisartsen. Daarmee realiseren we meer plekken voor woningen en tegelijkertijd meer functiemenging en levendigheid in het gebied.
     

GRONDBELEID

  • We nemen regie door meer actief grondbeleid te voeren, waarbij we alle beschikbare publieke instrumenten kunnen inzetten. Waar nodig zetten we de Wet voorkeursrecht gemeenten (Wvg) in om een strategische grondpositie te verwerven en meer zeggenschap te krijgen in een ontwikkeling. We onderzoeken of we met ons grondbeleid kunnen samenwerken met de provincie of het Rijk, zodat we de risico’s en de opbrengsten kunnen delen.
  • Bij eventuele verkoop van onze grond houden we het principe aan van ‘nee, tenzij…’. We onderzoeken daarnaast de mogelijkheid om erfpacht in te zetten bij ontwikkelingen op onze eigen grond.
  • We zoeken naar manieren om betaalbare woningbouw te subsidiëren, bijvoorbeeld met het Volkshuisvestingfonds of door winsten uit de grondexploitatie in te zetten voor de onrendabele top.
     

VERDUURZAMING EN GROEN

  • Voor zowel particuliere huiseigenaren als huurders rollen we het energiebesparingsprogramma verder uit. We werken daarbij samen met de woningcorporaties.
  • Om verstedelijking samen te laten gaan met klimaatadaptatie en een prettig leefklimaat streven we naar meer en beter binnenstedelijk groen. We hanteren daarom een binnenstedelijke groennorm van ten minste 8m2 per nieuwe woning. Bij de realisatie van die norm zoeken we naar plekken voor dit groen volgens de volgende ladder: als eerste binnen het project, als tweede in de directe woonomgeving en als derde aan de stadsrand.


INNOVATIE

  • We zetten in op innovaties zoals domotica; huisautomatisering die helpt om zorgeloos te wonen, zoals automatische verlichting en verwarming. In de toekomst zal dit zich doorontwikkelen en kan het bewoners helpen om langer zelfstandig te wonen en regie te houden op hun eigen leven, ook naarmate ze ouder worden of voor inwoners met een beperking.
  • Het ontwikkelen van nieuwe bouwmethodes vinden we belangrijk, zodat goede woningen sneller en goedkoper kunnen worden gebouwd. Hierbij is een belangrijke rol voor onze Brainportpartners weggelegd.
  • Natuurinclusief en circulair bouwen stimuleren we zoveel mogelijk bij nieuwe ontwikkelingen in de stad.
  • De ontwikkeling van een digital twin (een digitale kopie van een gebied of een gebouw) helpt ons bij het maken van keuzes in gebiedsontwikkelingen. Zo kunnen we de impact van bepaalde aanpassingen in een gebied vooraf in kaart brengen, bijvoorbeeld op het gebied van mobiliteit, energiesystemen en luchtkwaliteit. Zo kan de beste keuze gemaakt worden voor de stad als geheel.
    ​​​​​​​
    ​​​​​​​

4.2 Mobiliteit

We willen een aantrekkelijke, gezonde, groene en veilige stad zijn, met ruimte om fijn te wonen, te werken en te recreëren en met voorzieningen die goed bereikbaar zijn. De komende twintig jaar komen er in het stedelijk gebied Eindhoven minimaal 72.000 arbeidsplaatsen en 62.000 woningen bij. Dit brengt een forse toename van bewegingen met zich mee en dus vraagstukken rondom mobiliteit. Voor ons is de kern: vlot, veilig en schoon. Hiervoor is een mobiliteitstransitie nodig.

We willen mensen stimuleren om zoveel mogelijk te lopen, te fietsen en gebruik te maken van het openbaar vervoer. Maar we beseffen dat dit niet altijd en overal kan en dat inwoners daarom soms kiezen voor het gebruik van de auto. We ontmoedigen doorgaand verkeer door de stad en stimuleren een vlotte doorstroming op de ring en de belangrijke uitvalswegen (de radialen). We gaan door met het autoluw maken van ons centrum, zodat dit een aantrekkelijke, bruisende, hoogstedelijke én groene plek wordt. Een kloppend stadshart, waar het niet alleen fijn wonen, winkelen en werken is, maar waar mensen graag verblijven om te ontspannen en elkaar te ontmoeten. We willen dat de openbare ruimte gebruikt wordt door jong en oud, ook in de wijken. Verkeersveiligheid staat daarom hoog op onze agenda.

MOBILITEIT IN (REGIO) BRAINPORT EINDHOVEN

  • Samen met het Rijk en de provincie ontwikkelen we Eindhoven Internationale Knoop XL als toegangspoort tot Brainport Eindhoven en als draaischijf om de mobiliteitstransitie in de regio te kunnen realiseren. Eindhoven Centraal wordt omgevormd tot internationaal OV knooppunt in 2040, die de grote toename van treinen en reizigers aankan en waar verschillende soorten vervoer naadloos in elkaar overgaan. We breiden de capaciteit van busstation Neckerspoel uit en brengen deze zo mogelijk onder de grond.
  • We maken afspraken met het Rijk, de provincie én het bedrijfsleven over de nieuw aan te leggen OV-verbindingen. Zij zijn onze (financiële) partners om uiteindelijk echt te komen tot een gemeente-overstijgend vervoerssysteem die woon- en werklocaties met elkaar verbindt, zoals de Brainportlijn. We kijken ook naar Europese financieringskansen.
  • Samen met het Rijk, de provincie en het bedrijfsleven leggen we mobiliteitshubs aan met verbindingen naar de economische toplocaties via OV en fiets. Met de grote werkgevers van de regio zoals ASML, Philips en VDL maken we afspraken over het gebruik van de mobiliteitshubs (met 10.000 tot 15.000 parkeerplekken) en het sturen van het reisgedrag van hun werknemers om zo de transitie te versnellen.
  • We houden vast aan de MIRT-propositie voor de verstedelijking en mobiliteitstransitie in Brainport Eindhoven die we samen met de provincie hebben ontwikkeld en die in de regionale programmaraad Smartwayz is vastgesteld. Dit is de basis voor de afspraken met de provincie en het Rijk bij het bestuurlijk overleg MIRT najaar 2022.
  • We zijn blij dat er, na jaren van discussie, in de afgelopen periode regionale afspraken zijn gemaakt over de bereikbaarheid van onze regio en de inzet naar het Rijk. Wij vinden het belangrijk dat er niet alleen afspraken worden gemaakt voor de A2/N2 en de A58. Ook voor de Noordoostkant moet er, naast de huidige korte termijn oplossingen, een middellange termijn oplossing komen, in nauw overleg met de regio. Daarbij houden we oog voor de natuurwaarden en zetten daarom in op nieuwe infrastructurele oplossingen op, rond of onder bestaande tracés. Daarnaast blijven wij gelijktijdig regionaal inzetten op een mobiliteitstransitie, werkgeversaanpak en het verbeteren van onze bestaande infrastructuur. Er is politiek onvoldoende draagvlak voor oude discussies als de Ruit (groot of klein).
     

MASTERPLAN BINNENSTEDELIJKE MOBILITEIT

  • Op basis van een gedegen netwerkanalyse, ontwikkelen we een masterplan om de mobiliteitstransitie in de stad vorm te geven en de verkeerscirculatie in de komende jaren in goede banen te leiden. Een parkeerstrategie maakt onderdeel uit van dit plan. We gebruiken als input de visie ‘Actualisatie Eindhoven op weg 2022’ en het ‘Ontwikkelplan Centrum’. Uitgangspunten bij dit masterplan zijn:
    • Een bruisende, aantrekkelijke, groene en autoluwe binnenstad waar de voetganger en fietser op één staan, maar die met de auto toegankelijk blijft voor binnenstadsbewoners en mensen met een beperking;
    • Een duurzaam systeem van stadslogistiek zodat het centrum goed bereikbaar blijft voor ondernemers;
    • Goede doorstroming op de radialen en de ring, zoals met ongelijkvloerse kruisingen of ondertunneling, waarbij de auto het primaat heeft zodat verkeer vlot en snel uit en om de stad geleid wordt;
    • P+R’s rondom de stad met uitstekende verbindingen naar het centrum en goede afspraken met regiogemeenten;
    • Inpassing van de grote en complexe transformatieopgave rondom het station met de versmalling van de Fellenoord, de herontwikkeling van busstation Neckerspoel en de bouw van 8500 woningen. De fasering luistert nauw, het station en (tijdelijk) busstation moeten wel bereikbaar blijven en de stad mag niet op slot komen te staan;
    • Een maximale snelheid van 30 km/uur in de wijken en een hogere snelheid op de radialen en wegen waar een lagere snelheid niet mogelijk is door bijvoorbeeld OV en hulpdiensten;
    • Nadrukkelijke aandacht voor de problematiek op de Westtangent zoals verbetering van de luchtkwaliteit en verkeersveiligheid;
    • Een parkeerstrategie die het centrum en de gevreesde parkeerdruk voor bewoners ontlast. We willen auto’s in de binnenstad ontmoedigen en uit het zicht halen. We onderzoeken optimalisatiemogelijkheden in ons naheffingensysteem, mogelijke tariefdifferentiatie en de inzet van parkeergarages in het centrum voor binnenstadbewoners;
    • Voldoende fietsparkeerplaatsen in het centrum.
       
  • We ontwikkelen stadscampagnes om een gedragsverandering tot stand te brengen. Hiermee verleiden we inwoners om de auto te laten staan door te wijzen op de mogelijkheden én voordelen van alternatieve vormen van vervoer. We brengen de apps onder de aandacht die beschikbaar zijn in het kader van ‘Mobility as a Service’ (MaaS) op nederlandslimbereikbaar.nl. Deze geven multimodaal reisadvies op maat. We wijzen werkgevers op hun verantwoordelijkheid in het bereikbaar én leefbaar houden van onze stad.
     

Verkiezingsprogramma Volt: "Wij willen het aantal P+R plekken vergroten in combinatie met verbeterd OV en aanbod van deelmobiliteit. Dat vergroot de mobiliteit en vermindert het aantal auto’s in de binnenstad."


FIETS

  • We geven uitvoering aan het in de gemeenteraad aangenomen initiatiefraadsvoorstel Fiets op 1. We bouwen samen met de provincie gefaseerd verder aan een veilig, comfortabel en fijnmazig fietsnetwerk, met goed onderhouden en veilige fietspaden die voldoende verlicht zijn en waar voor de veiligheid het groen is gesnoeid. In woonwijken passen we fietsstroken of fietsstraten toe op het moment dat het wegdek wordt vervangen. Op de drukste fietsroutes willen we brede, vrij liggende, rode fietspaden en groene golven.
  • We blijven investeren in doorfietsroutes binnen Eindhoven in samenwerking met de regio. Daarvoor kiezen we voor veilig en doorfietsen, maar beschermen ook de natuur. Voor het fietspad HTC de Run kiezen we voor route Ulenpas-Hunenborg wanneer het een verbetering betekent voor de ecologie. Bijvoorbeeld door het toevoegen van faunapassages die nu niet aanwezig zijn en andere mitigerende maatregelen. Dit plan wordt samen met Trefpunt Groen Eindhoven (TGE) uitgewerkt. Het uitgangspunt hierbij is om op het gedeelte langs de Dommel uit te gaan van de huidige breedte van het aanwezige pad en het behoud van de bomen. Als dit niet mogelijk is kiezen we voor de minimale breedte voor doorfietspaden. Er moet nadrukkelijk aandacht zijn bij het definitieve ontwerp voor de veiligheid van wandelaars. We treden in overleg met de buurt, TGE, de fietsersbond en andere partners over het ontwerp en deze randvoorwaarden.
  • We zorgen voor slimme verkeerslichten en groene golven voor fietsers op een aantal veel gebruikte routes: van winkelcentrum Woensel naar het centrum, van het centrum naar de High Tech Campus en van het centrum naar Geldrop. Bij stoplichten in de stad staat de doorstroming van fietsers op één. Op de ring en de radialen heeft de vlotte doorstroom van auto’s prioriteit, zodat het verkeer snel om en uit de stad geleid kan worden. We bekijken of we de groene golven voor auto’s daar kunnen uitbreiden, waarbij we wel letten op de oversteekbaarheid voor fietsers.
  • We zorgen voor ruimere openingstijden van de fietsenstallingen in het centrum. We hanteren als uitgangspunt dat fietsparkeren gratis zou moeten zijn. Hier kan beargumenteerd van af worden geweken, bijvoorbeeld om een businesscase sluitend te krijgen.
  • We stellen fietsen die door de gemeente worden geruimd, gratis beschikbaar aan inwoners die moeite hebben met rondkomen en een fiets goed kunnen gebruiken.
     

BUSVERVOER

  • We willen dat het openbaar vervoer een aantrekkelijk alternatief wordt voor inwoners. We gaan met de provincie en de vervoerder in gesprek om het OV-aanbod binnen de huidige concessieperiode te verbeteren. Daarbij vragen we aandacht voor:
    • Reizen binnen stadsdelen of om het centrum heen (bijvoorbeeld een tangentlijn of ringlijn);
    • Sneller en vaker reizen naar de stadsranden, de P+R’s en naar België;
    • Betere aansluitingen op Eindhoven Airport en op de laatste treinen.

      ​​​​​​​​​​​​​​Daar waar verbetering binnen de huidige concessieperiode niet mogelijk is, vragen we de provincie dit op te nemen in de aanbesteding van het busvervoer in 2026.
  • We behouden het gratis OV voor minima in het kader van ons armoedebeleid. Waar mogelijk verbreden we de doelgroep, mits dit bijdraagt aan de mobiliteitstransitie.
     

DEELMOBILITEIT

  • We zijn van mening dat deelmobiliteit beschikbaar moet zijn in heel Eindhoven en maken hierover afspraken met aanbieders, waaronder het tegengaan van parkeeroverlast, bijvoorbeeld via ‘drop-zones’. Een goede aansluiting op de regio is belangrijk zodat deelmobiliteit echt een alternatief wordt voor het gebruik van de (eigen) auto. We ondersteunen buurtinitiatieven in het kader van deelmobiliteit. We pakken vandalisme en diefstal van deelscooters en deelfietsen hard aan.
    ​​​​​​​

VERKEERSVEILIGHEID

  • Verkeersveiligheid blijft hoog op onze agenda staan. We hanteren het principe van maximaal 30 km/uur in de stad, met uitzondering van straten waar dit echt niet kan. Dit zijn bijvoorbeeld de ring, de radialen en de routes voor OV en hulpdiensten waar een hogere snelheidslimiet noodzakelijk is om de doorstroming op peil te houden. Met bebording en markeringen maken we dit zichtbaar. We nemen volwaardige maatregelen om een straat als 30km-gebied in te richten op het moment dat er onderhoud is gepland.
  • Om de realisatie van volwaardige 30 km-straten te versnellen, kijken we hoe we aanspraak kunnen maken op externe middelen vanuit het Rijk.
  • We inventariseren de top tien van meest onveilige verkeerssituaties in de stad en komen met een aanpak.
     

LUCHTKWALITEIT

  • We streven naar een gezonde leefomgeving voor al onze inwoners. Gelukkig voldoet de luchtkwaliteit overal in Eindhoven aan de Europese norm. Dit betekent helaas nog niet dat de lucht gezond is in de stad. Op advies van de GGD, het Longfonds en in navolging van andere gemeenten, streven we ernaar om in 2030 te voldoen aan de WHO-norm voor luchtkwaliteit. Dat schept duidelijkheid voor onze inwoners, bedrijfsleven en andere partners in de stad. We nemen deel aan initiatieven zoals het Schone Lucht Akkoord. Het Rijk zal substantieel moeten bijdragen in relatie tot de opdracht die er ligt.
  • We gaan door met het stappenplan naar een strengere milieuzone met als doel om in 2030 een nul-emissiezone binnen de ring te hebben. We houden vast aan de twee geplande evaluatiemomenten in 2025 en 2028. We versterken de communicatie richting inwoners en ondernemers zodat zij hier bij de aankoop van een (bestel)auto rekening mee houden.
  • Samen met de belanghebbenden geven we uitvoering aan de Green deal Stadslogistiek 2021-2025 waarmee we werken aan een duurzame bereikbaarheid van de binnenstad voor ondernemers, op weg naar een nul-emissiezone voor vrachtauto’s en bestelauto’s binnen de ring in 2025.
  • We ontwikkelen een sloopregeling voor tweetakt-brommers en -snorfietsen omdat het uitfaseren van deze zeer vervuilende voertuigen sterk bijdraagt aan schonere lucht in Eindhoven.
    ​​​​​​​

ELEKTRISCH RIJDEN

In de komende vier jaar verdubbelen we minimaal het aantal openbare oplaadpunten voor elektrische auto’s. Bij herinrichtingsprojecten maken we standaard ruimte voor laadplekken. We doen dit bij voorkeur op een innovatieve wijze met oog voor een goede inpassing in de openbare ruimte. Zo gaan we lichtlaadmasten plaatsen: lantaarnpalen voorzien van geïntegreerde laadtechniek voor elektrische auto’s waarmee we onnodige verrommeling voorkomen.
 

EINDHOVEN AIRPORT

  • Het proefcasus-advies ‘Opnieuw verbonden’ van Pieter van Geel blijft voor ons leidend. We houden de partners, waaronder de Rijksoverheid en Eindhoven Airport, aan de gemaakte afspraken via de daarvoor ingestelde overlegstructuren, waaronder het Luchthaven Eindhoven Overleg (LEO). Uitgangspunt is het referentiescenario ‘geluid’ conform de motie ‘Afspraak is afspraak’. We hechten groot belang aan een zorgvuldig proces en een breed gedragen uitkomst. We wachten dit af en bepalen dan onze positie. Eindhoven Airport is een belangrijke landelijke voorziening, maar moet ook ten dienste staan van de Brainportregio. We blijven ons dan ook hard maken voor een betere balans tussen vakantie- en zakelijke bestemmingen.
  • We vinden het daarnaast essentieel dat niet alleen ingezet wordt op het verminderen van geluidsoverlast, maar ook op het verminderen van CO2 -uitstoot. We streven ernaar om de meest duurzame luchthaven van Europa te hebben, op de grond én in de lucht. Dit biedt kansen voor innovatieve bedrijven en nieuwe startups uit onze regio. Ook moedigen we experimenten aan met elektrische vliegtuigen of het gebruik van groene synthetische kerosine.
  • We maken ons sterk voor een ruimere en meer structurele vulling van het Leefbaarheidsfonds, dat voorziet in (financiële) bijdragen aan projecten die het milieu, de gezondheid en het leefklimaat in de omgeving van Eindhoven Airport verbeteren. Hiervoor is een belangrijke rol weg gelegd voor Eindhoven Airport en de ministeries van Defensie en Infrastructuur en Waterstaat. Ook wij zullen als gemeente, samen met de regio en provincie, een aandeel moeten leveren.

    ​​​​​​​