In het Warmteprogramma komt te staan: 

• Hoe elke buurt de beste duurzame energieoplossing krijgt (alles-elektrisch of een warmtenet).
• Wanneer buurten over kunnen gaan op een duurzamere energieoplossing.
• In welke buurten we als eerste kunnen starten en hoe we dat doen.       
• Welke middelen er voor inwoners en gebouweigenaren zijn en hoe de gemeente Eindhoven kan helpen bij het verduurzamen van een woning of gebouw.  
• Hoe er wordt gecommuniceerd en samengewerkt bij het opstellen van het Uitvoeringsplan voor een wijk of buurt.

Wat staat er nog niet in? 

•   Een definitief besluit voor de duurzamere energieoplossing.
• Een precieze kostenberekening. 

Het warmteprogramma is een plan voor de hele stad. We kijken hierin 10 jaar vooruit. De volgende stap is om op buurt- en wijkniveau verder onderzoek te doen. Hiervoor stellen we samen met inwoners, bedrijven en belanghebbenden een Uitvoeringsplan op.

Voor de overstap van aardgas op duurzame energie nemen we tot en met 2050 de tijd. Deze tijd is nodig, want de opgave is groot. In Eindhoven gaat het om 100.000 bestaande woningen en gebouwen, 20 bedrijventerreinen en nieuwbouw die overstappen op duurzame energie. Dit heeft dus invloed op elk gebouw, bedrijf en bijna iedere inwoner en ondernemer in Eindhoven. 

Voorbeelden van duurzame energie zijn elektriciteit uit wind, zon, restwarmte, warmte uit de lucht, water of ondergrond en duurzame gassen. In het warmteprogramma beschrijven we de duurzame bronnen die in Eindhoven aanwezig zijn.

Duurzame bronnen worden onderzocht samen met onder ander de warmtevraag en de (nationale) kosten. Uit deze vergelijking komt de beste duurzame energieoplossing voor een buurt, gebied of bedrijventerrein. Dit kan een warmtenet zijn voor een wijk, buurt of straat of een warmtepomp per woning of gebouw. 

De (nationale) kosten in de warmtetransitie zijn de totale kosten voor de maatschappij om over te stappen op duurzame energieoplossingen. Deze kosten omvatten alle maatregelen die nodig zijn, ongeacht wie de kosten betaalt. Dit zijn kosten zoals:

• Energie: kosten voor het produceren of inkopen van de benodigde energie.
• Infrastructuur: aanpassingen aan het bestaande netwerk of de aanleg van nieuwe infrastructuur.
• Technologie: investeringen in nieuwe technologieën en installaties.
• Onderhoud en beheer: kosten voor het onderhouden en beheren van de nieuwe systemen.

Het doel is om de meest kosteneffectieve oplossingen te vinden die bijdragen aan een duurzame en aardgasvrije toekomst.

Het ontwerp van het Warmteprogramma is door het college openbaar gemaakt en is te bekijken via het raadsinformatiesysteem. Een papieren versie van het ontwerp Warmteprogramma en de bijlagen is in te zien op het Inwonersplein in het Stadhuis, Stadhuisplein 1 in Eindhoven.

Van 5 september tot 16 oktober 2025 mag iedereen hierop reageren via het zienswijze formulier Warmteprogramma. Om te kunnen reageren via een zienswijze log je in met je DigiD of e-Herkenning (voor bedrijven).

Nadat de zienswijze periode voorbij is verwerken we alle zienswijzen en bieden we het Warmteprogramma aan ter vaststelling bij het college.

We verwachten het warmteprogramma eind 2025 te kunnen laten vaststellen door het college van B&W van Eindhoven. Vervolgens gaan we aan de slag met de uitvoering van het warmteprogramma. Elke vijf jaar wordt er een actualisatie gemaakt van dit programma.

Een milieueffectrapportage (mer) is een proces dat de milieugevolgen van een plan, in dit geval het warmteprogramma, in kaart brengt voordat er een besluit over wordt genomen. De mer analyseert de impact op onder andere luchtkwaliteit, geluidsoverlast en biodiversiteit. Het doel van een mer is om het milieu een belangrijke rol te geven in de besluitvorming. Het helpt om weloverwogen keuzes te maken die rekening houden met de milieugevolgen. Bekijk het plan-MER onderzoeksrapport voor het warmteprogramma. 

Een Notitie Reikwijdte en Detailniveau (NRD) is een document dat de inhoud en de focus van een milieueffectrapportage (mer) afbakent. Het bepaalt welke onderwerpen en alternatieven in het mer onderzocht moeten worden en met welk detailniveau. De NRD is een belangrijke eerste stap in de mer-procedure en helpt om duidelijkheid te scheppen over wat er precies onderzocht gaat worden. 

Je vindt de NRD op de website officiële bekendmakingen en in de pdf's hieronder.

Het warmteprogramma is een plan voor de hele stad. De volgende stap is dat we per buurt, gebied of bedrijventerrein het meest geschikte duurzame energieoplossing verder onderzoeken. Hiervoor gaan we samen met inwoners en bedrijven werken aan een Uitvoeringsplan. In de voormalige proeftuinen 't Ven-Lievendaal en Generalenbuurt (inclusief aangrenzende buurten in Eindhoven Noordoost) zijn we al begonnen met een uitvoeringsplan. 

Energie besparen is altijd een goed idee, want energie die je niet verbruikt hoef je ook niet op te wekken, te importeren of te transporteren. Dit kan door woningen of gebouwen te isoleren, goed te ventileren en door slimmer met energie om te gaan. We ondersteunen inwoners, bedrijven en instellingen om de overstap op een aardgasvrij alternatief te kunnen maken. Energie besparen doen we samen. Kijk voor tips en advies op www.eindhovenduurzaam.nl/energie.